MUSEUM WILLET-HOLTHUYSEN
Genieten op de Herengracht
Ons bezoek van 19 december 2014
Een rondvaart door de Amsterdamse grachten blijft altijd een top-attractie, en toen wij in mei 2014 Engelse vrienden op bezoek hadden, wilden zij dolgraag de stad met met zo'n canalboat verkennen. Zo konden Marianne en ik ook lekker meege-nieten! Vanaf het water ziet alles er heel anders uit dan vanaf de straat! De bruggen, de bedrijvigheid op straat en op het water, de woonboten, de fietsen.... Maar onze aandacht werd toch het meest getrokken door de eeuwenoude statige patriciërshuizen met vier, vijf verdiepingen, hijsbalken, stoepen met prachtige smeedijzeren hekwerken en souterrains. En niet te vergeten de talrijke trap-, tuit-, hals-, klok- en lijstgevels die zo kenmerkend zijn voor deze 17e eeuwse huizen. We zien aan de naamborden en de logo's dat er veel kantoren, banken en hotels 'achter die gevels zitten', maar veel huizen lijken ook nog gewoon bewoond te zijn! Hoe zou dat zijn om in zo'n eeuwenoud grachtenhuis te wonen? We gaan er vanuit dat achter die historische gevels veel van de oorspronkelijke en stijlvolle interieurs aangepast zijn aan onze tijd en onze woonwensen, en dat die grote panden - gezien de waarschijnlijk peperdure huurprijzen - veelal 'opgeknipt' zijn in appartementen en studentenkamers.
Vandaag gaan we op ontdekkingstocht, en we staan met een folder van het Museum Willet Holthuysen in onze handen op de stoep van Herengracht 605, zo'n statig grachtenpand uit 1685. Een dubbel grachtenpand zelfs, met twee hijsbalken die pront uitsteken boven de zolderramen. Een chique dubbele stoep met acht treden leidt naar een hoge deur, die in deze week voor de kerst versierd is met een grote kerstkrans. Wij worden echter verwezen naar de dienstingang onder de trap. Ja, we kennen onze klassieken en kijken ook naar Downton Abbey! De folder zegt heel stellig in 6 talen: Ervaar hoe het was om te wonen in een deftig Amsterdams grachtenhuis! En.... zijn wij daar niet erg benieuwd naar?! We verwachten hier geen gewoon museum met de gebruikelijke museale uitstallingen, maar een woonhuis, dat kennelijk 'even' door de bewoners uit het eind van de 19e eeuw is achtergelaten....
De naamgevers van het museum, Louisa Holt-huysen en haar man Abraham Willet, waren de laatste bewoners in een reeks van 20 families die er vanaf de bouw van het huis hebben gewoond. Het echtpaar bleef kinder-loos, en toen Louisa Willet-Holthuysen in 1895 als laatste overleed, schonk zij het huis, de inventaris en de kunstverzameling van haar man aan de stad Amsterdam. Ze legde wel als voorwaarde in haar testament vast dat het huis als museum - met hun beider naam - moest worden opengesteld voor het publiek. Al een jaar na Louisa's overlijden werd dit door de stad Amsterdam gerealiseerd door enkele zalen met kunstvoorwerpen voor het publiek open te stellen.
Sinds die tijd is er veel gebeurd: het hele gebouw is zoveel mogelijk teruggebracht in de stijl van de grote verbouwingen van 1740 en de aanpassingen door het echtpaar Willet-Holthuysen uit 1865. Meubels en gebruiksvoor-werpen werden uit andere museale collecties aangekocht en weer opgesteld in de kamers, zoals ze er ook hadden kunnen staan in 1850.... Het museum van nu staat er tiptop bij, inclusief de stadstuin in 18e eeuwse stijl, met historische bomen- en plantensoorten.
Een interieurschilderij van de Willets van de kamer waarin het schilderij nu weer staat! |
Wij stappen naar binnen, en worden gelijk op-geslokt door de sfeer van het gebouw. 'Downstairs' is de kassa, waar we onze onvolprezen Museum-kaart kunnen laten scannen, en een audiotoer kunnen meekrijgen. Daar zijn ook de kluisjes en kunnen we onze jassen ophangen. Er zijn op alle verdiepingen toiletten, maar die zijn echt klein gebleven, met authentieke - vaak kapotte - tegeltjes. Wel verantwoord hygiënisch en van alle gemakken voorzien natuurlijk. De wasbakjes zijn hier en daar buiten het toilet opgehangen vanwege ruimtegebrek! Voor mensen die slecht ter been zijn of in een rolstoel zitten lijkt het huis niet zo geschikt! Fotograferen mag, met of zonder statief en flitser - voor mij altijd iets dat me blij maakt!
We beginnen onze rondgang 'downstairs' in de grote en in authentieke staat teruggebrachte keuken, waar we tevens koffie kun-nen gebruiken. Geen luxe koffiecorner, maar een simpele machine, een blad met melk, suiker en lepeltjes, en een briefje: 'U mag aan de keukentafel gaan zitten om uw koffie te drinken'. We kunnen dan ondertussen op enkele plaatsen in de keuken 'inloggen' met onze audiotoer en luisteren naar de verhalen van 'toen' - met nog een optie voor extra informatie. We zien hier alle mogelijke antieke keukenspullen, maar ook een van de eerste elektrische huisapparaten uit deze tijd. De familie kon de bedienden in het souterrain oproepen door middel van een elektrisch kastje, dat aangaf uit welk vertrek de oproep kwam. Dit in plaats van de mechanische belletjes vanuit alle kamers, wat in die tijd nog gebruikelijk was.
De gang op de bel-etage heeft een marmeren vloer en lambrisering en een plafond met stucdecoraties. Het is het resultaat van een verbouwing uit 1740. Ook het monumentale trappenhuis met stucwerk in Lodewijk XIV-stijl is uit deze tijd. Het is een van de rijkste trap-penhuizen in Amsterdam. De trap is licht door een lichtkoepel in het dak ('de lantaarn'), en drie grote neo-classicistische beelden domineren het hele trappenhuis.
Het huis is vermaard vanwege de waardevolle interieurs van de kamers, en in deze kersttijd zijn die heel sfeervol gemaakt met bloemen, kransen, en kerstversiering. Onder de kerstboom in de Balzaal liggen de pakjes voor de kinderen van het personeel, alsof ze vandaag nog zullen worden geopend.
De tafel in de Eetkamer is voor het kerstdiner opgemaakt met het chicste tafellaken, het mooiste porceleinen servies, het fraaie zilveren bestek en het kristallen glaswerk.
In de Slaapkamer kijken we toch even in het grote bed met het zware baldakijn of de heer en mevrouw niet even aan het rusten zijn. Het zitbad is ook leeg - wat moet dat in die tijd zonder stromend water een geloop geweest zijn met heet water!
En nee, meneer is ook niet in de def-tige Herenkamer en mevrouw is niet met gasten in haar Damessalon. Tijd ge-noeg voor ons dus om op ons gemak rond te kijken, te luisteren naar onze audiotoer en foto's te maken! We voelen ons vandaag voyeurs door zo ongegeneerd in het huis van een ander rond te lopen - zeker omdat er vandaag nog maar een paar andere bezoekers zijn! Aan het eind van de gang blijven we in het Tuinkamertje even rondkijken. We zien van bovenaf de symmetrie van de gereconstrueerde 18e eeuwse tuin. In de tijd van de Willets stonden hier de stallen en het koetshuis, die in 1929 door een brand verloren zijn gegaan.
Boven de eetkamer is een zogenaamde tussenverdieping, als opslagplaats voor voorraden en serviezen. Twee kamers voor de prijs van één! Alleen de hoogste bediende had een sleutel van deze ruimte. Dure zaken als thee werden hier opgeslagen. Thee was heel duur in die tijd, en ook het theedoosje in de keuken voor 'mevrouw' ging consequent op slot!
De tafel in de Eetkamer is voor het kerstdiner opgemaakt met het chicste tafellaken, het mooiste porceleinen servies, het fraaie zilveren bestek en het kristallen glaswerk.
In de Slaapkamer kijken we toch even in het grote bed met het zware baldakijn of de heer en mevrouw niet even aan het rusten zijn. Het zitbad is ook leeg - wat moet dat in die tijd zonder stromend water een geloop geweest zijn met heet water!
En nee, meneer is ook niet in de def-tige Herenkamer en mevrouw is niet met gasten in haar Damessalon. Tijd ge-noeg voor ons dus om op ons gemak rond te kijken, te luisteren naar onze audiotoer en foto's te maken! We voelen ons vandaag voyeurs door zo ongegeneerd in het huis van een ander rond te lopen - zeker omdat er vandaag nog maar een paar andere bezoekers zijn! Aan het eind van de gang blijven we in het Tuinkamertje even rondkijken. We zien van bovenaf de symmetrie van de gereconstrueerde 18e eeuwse tuin. In de tijd van de Willets stonden hier de stallen en het koetshuis, die in 1929 door een brand verloren zijn gegaan.
Boven de eetkamer is een zogenaamde tussenverdieping, als opslagplaats voor voorraden en serviezen. Twee kamers voor de prijs van één! Alleen de hoogste bediende had een sleutel van deze ruimte. Dure zaken als thee werden hier opgeslagen. Thee was heel duur in die tijd, en ook het theedoosje in de keuken voor 'mevrouw' ging consequent op slot!
Op de hoogste verdieping vinden we de kunstcollectie van de familie, en een tijdelijke tentoonstelling. Daar wordt het 'huis' ineens wat meer 'museum'.
Het is geen wonder dat er veel gesleuteld is aan een huis met zo'n lange historie en met zoveel bewoners. Ik geniet in mijn huis van amper 20 jaar ook al van mijn tweede keuken en badkamer, en ik heb inmiddels ook al heel wat afgeklust! Niet zo gek dus, dat na 330 jaar aan Herengracht 605 eigenlijk alleen de balklagen, de vloerdelen en de kap nog origineel zijn. In 1740 is het huis radicaal verbouwd. Oud-bewoner bankier Willem Gideon Deutz heeft toen een geheel nieuwe Louis XIV-gevel laten plaatsen, compleet met de huidige dubbele stoep en dienstingang. Het werd daarmee een van de rijkste gevels aan de grachtengordel in die tijd! Deutz wilde zijn huis representatiever maken en natuurlijk een beetje imponeren..... hij was een schatrijke notabele, en is maar liefst vijf keer burgemeester van Amsterdam geweest.
Mevrouw Willet erfde het huis van haar vader, en zij en haar man, die kunstverzamelaar was, pasten het huis in het laatste kwart van de 19e eeuw weer aan hun eigen 'moderne tijd' aan. Daarvan is nog veel te zien in het huis, want de stijlkamers van nu zijn deels nog uit die tijd, en deels weer in die tijd teruggebracht. Zo kunnen wij ons een voorstelling maken van het leven in zo'n mooi grachtenpand in de 18e en 19e eeuw. De rijke familie Willet heeft er écht geleefd, feesten gegeven, gasten ontvangen. Er waren bedienden in huis, die beneden hun eigen ingang, hun grote keuken en andere werkvertrekken hadden.
Als we na enkele uren het museum verlaten zijn al onze vragen over het leven in zo'n deftig grachtenhuis beantwoord. We stappen op de tram voor een bezoek aan de Hermitage - weer een prachtig pand aan de Amsterdamse grachten.
Ondertussen blijf ik het lied van Wim Sonneveld in mijn gedachten horen:
♫ Aan de Amsterdamse grachten heb ik heel m'n hart voor altijd verpand - Amsterdam vult mijn gedachten als de mooiste stad in ons land....... ♫
Hij was natuurlijk wel Amsterdammer!
foto's in deze blog: G.J. Koppenaal - 19/12/2014
foto rondvaart: G.J. Koppenaal - 7/5/2014
foto echtpaar Willet Holshuysen en museumlogo: Internet
Geen opmerkingen:
Een reactie posten