VOORTREKKERMONUMENT
PRETORIA
EEN HERINNERING AAN DE GROTE TREK VAN DE AFRIKAANSE BOEREN
Het zat al niet lekker bij de Boeren, de Nederlandstalige kolonisten in Zuid-Afrika! Maar toen de Nederlandse Kaapkolonie in 1806 in Engelse handen kwam na een lange periode zelfstandigheid vanaf 1612, werd de roep om een vrije Boerenstaat in het binnenland steeds luider. Er was een sterke immigratie van Engelsen in 1820, de Nederlandse taal werd bedreigd, en hun politieke invloed werd steeds kleiner onder het Engelse gezag. Rond 1834 kwam het tot een uitbarsting.
Voortrekker Piet Retief vaardigde op 22 januari 1837 een manifest uit, waarin hij aankondigde dat een groep Voortrekkers het Rijk zou verlaten om zich zelfstandig in een ander deel van de Kaap te vestigen. De Grote Trek is de tocht van zo'n 12.000 Nederlandstalige Afrikaner boeren, die door onderhandelingen en veel vechten zich een plek verwierven, die later Transvaal en Oranje Vrijstaat werden genoemd. Dat gebeurde voor een groot deel met ossenwagens, die later het symbool van De Grote Trek zouden worden. In 1838 vond een grote slag plaats bij de Bloedrivier, waarbij een paar honderd Voortrekkers meer dan 10.000 Zoeloes wisten te verslaan, zonder zelf een krijger te verliezen. In 1852 werd de Zuid-Afrikaanse Republiek (Transvaal) door de Engelsen bij verdrag goedgekeurd. Andries Pretorius tekende als een van de leiders van de Voortrekkers dit verdrag. In 1854 werd de Oranje Vrijstaat aan de nieuwe natie toegevoegd.
De Zuid-Afrikaanse beeldhouwer Anton van Wouw heeft een bronzen beeld van de Voor-trekker-oermoeder met kind gemaakt. Het staat voor de toegangspoort van Monument-koppie.
Op de vier hoeken van het monument zijn beelden gemaakt van Piet Retief, Andries Pretorius, Andries Hendrik Potgieter en een 'onbekende' leider die representatief is voor alle andere Voortrekker leiders.
We stappen binnen in de enorme 'Heldesaal', die met een fraai stenen 'kantwerk' de felle Zuid-Afrikaanse zon gefilterd binnenlaat. De zaal is prachtig afgewerkt met Itali-aans marmer, en langs de binnenmuren zijn helemaal rondom 27 panelen van een unieke en doorlopende marmeren fries aangebracht, die de geschiedenis van de voor-trekkers uitbeeldt. Deze marmeren fries, met zijn 92 meter lengte(!) de grootste ter wereld, werd gemaakt door de Italiaanse beeldhouwer Romano Romanelli, met maar liefst 50 beitelaars om de klus te klaren. Het ontwerp was van 4 Afrikaanse beeldhouw-ers: Hennie Potgieter, Laurika Postma, Frikkie Kruger en Peter Kirchhoff, die 5 jaar werkten aan gipsen voorbeelden. En ook al is het onze geschiedenis niet, we lopen toch 'het hele vierkante rondje' met onze papieren gids. Wat is dit mooi gemaakt!
Door een grote ronde open ruimte in het midden van de zaal is een cenotaaf zichtbaar in het souterrain, met de inscriptie 'Ons vir jou Suid-Afrika'. Door een opening in de koepel valt elk jaar op 16 december om precies 12.00 uur - de 'Geloftedag', nu de Verzoeningsdag - een straal zonlicht op de cenotaaf.
Maar ook veel Bijbels, liedboekjes, akten van grondaankopen, de Heidelbergse Catechismus, naast speren, kogels en alles wat aan de Boerenstrijd doet denken. Klassen met veelal donkere Afrikaanse middelbare scholieren worden hier rondgeleid. 'Boeren' doet erg blank aan, maar deze boeren namen wel hun inmiddels vrije slaven mee naar hun nieuwe land, als werknemers met een nieuwe toekomst. Bovendien zijn deze zwarte (algemene Zuid-Afrikaanse term) tieners gewoon burgers van Zuid-Afrika, dat zich ook niet voor niets de 'Regenboognatie' noemt.
We klimmen weer terug naar de Heldenzaal, en beginnen dan aan de flinke klim naar het 40 meter hogere koepeldak. Net op dit moment is het 'heisbakkie' oftewel de lift, stuk! Al klimmende - en hijgende - beleven we het gebouw intenser, denk ik! We staan nu dicht onder de opening in het dak, en zien de cenotaaf beneden ons. De zonnestraal van 16 december denken we vandaag er gewoon even bij!
We gaan vanuit de koepel naar het uitzichtterras dat rondom in dezelfde stijl als het gebouw is gemaakt, en een mooi panorama geeft op de stad Pretoria en de omgeving.
Rond het monument ligt een tropische tuin waarin bijna alle bloemen, struiken en bomen van Zuid-Afrika te zien zijn. Het is een waar kleuren- en geurenparadijs, dat heel mooi onderhouden wordt. Ik neem wat rijpe zaadjes mee, hoewel ik weet dat dat van de douane in Nederland niet mag. Volgend jaar bloeien die prachtige bloemen misschien wel in mijn tuin.
In het park zijn inmiddels ook andere monumenten toegevoegd aan deze site! Het wordt steeds meer een herdenkingsplaats. Gelukkig kunnen we hier ook eten en vooral drinken (het is heet, heel heet....), en er is een goede souvenirshop.
Als je alles wilt zien, en zelfs de trappen naar de koepel wilt beklimmen, ben je wel enkele uren kwijt!