woensdag 25 november 2015

Een 'Zee van staal' - kunst in de duinen


'EEN ZEE VAN STAAL'



STALEN KUNST IN DE DUINEN BIJ TATA-STEEL



WIJK AAN ZEE - November 2015



Rudi W. van de Wint - de Poort


In het land der blonde duinen 
En niet heel ver van de zee, 
Woonde eens een dwergenpaartje 
En dat heette ‘Piggelmee’. 

Ik heb die dwergen nooit gevonden in die duinen bij Wijk aan Zee! Ik denk dat het verhaal van de gebroeders Grimm, waarop het 'Tovervisje' is gebaseerd, hier niet zou kunnen spelen. Hoewel..... het moet in die tijd rond 1850 paradijselijk geweest zijn! Duinen, bossen, meren - de Noordzee! Parklandschappen voor de Amsterdamse welgestelden, zoals Beeckestijn, Waterland, Velserbeek, Rooswijk. Met Romeinse en Griekse beelden, en vijvers met uitbundige fonteinen. 

Velserbeek, Scheibeek, Waterland, Rooswijk

Er is nu geen plaats meer voor sprookjes, en veel van de prachtige landschapsparken, zoals Rooswijk en Watervliet zijn verdwenen. Scheibeek, waar onze beroemdste dichter Joost van den Vondel rond 1650 vaak verbleef om inspiratie op te doen, is heel klein geworden. En dat allemaal sinds het Noordzeekanaal en het sluizencomplex werden aangelegd en in 1876 door Koning Willem III in gebruik werden gesteld. Kennemerland werd hierdoor een ideale vestigingsplaats voor grote bedrijven, die de allergrootste zee- en binnenvaartschepen aan hun eigen kaden kunnen laden en lossen. Tata Steel neemt alleen al 750 ha (1500 voetbalvelden) in beslag, en alleen al op dit bedrijfsterrein liggen 100 km spoorrails en 250 overgangen!



Kennemerland zou ondanks de natuur- en milieu-effecten deze gigant niet willen en kunnen missen - tienduizenden mensen leven direct en indirect van alle bedrijvigheid. Er is ook heel veel verbeterd aan de milieuoverlast sinds ik daar als kind woonde, ruim een halve eeuw geleden. Eigenlijk is iedereen best trots op de Hoogovens, zoals het bedrijf nog steeds vaak genoemd wordt, al is de naam al heel lang via Corus in Tata Steel veranderd. 




Jaak Soans: Playing Waves


Het bedrijf is verankerd in de cultuur van de streek, en neemt daar ook deel aan. Wie kent niet het Hoogoven Schaaktoernooi, nu uiteraard het Tata Steel Chess Tournament, een van de grootste schaakevenement ter wereld, dat al sinds 1938 door het bedrijf wordt gesponsord. Het bedrijf is ook actief op het gebied van muziek, en heeft een eigen symfonieorkest. Sinds 1999 heeft het Velsense Tata Steel ook een eigen beeldenpark in Wijk aan Zee, tussen het bedrijf en de zee - in de duinen. Een heel bijzonder initiatief en op een heel bijzondere plaats!



Aleš Veselý: The Messenger


Apostolos Fanakidis: Thalassa apo atsali 


Oktober 2015. Ik rijd Wijk aan Zee uit, in de richting van de Noordpier, waar ik graag op wandel, en die 2 km de zee insteekt. Het is nog vroeg, en het is aangenaam herfstweer. De dikke stoom- en rookwolken uit de talloze pijpen van het staalbedrijf lijken de wolken te voeden. Tussen het bedrijf en de weg waarop ik rijd, zie ik de stalen kunstobjecten, kleurig of juist intens roestbruin. Ik besluit ineens om af te slaan naar de kleine parkeerplaats. Hoe vaak zou ik hier trouwens langs gereden hebben met het gevoel dat ik dat eens zou moeten gaan doen.... Nu dus! Er is helemaal niemand, en dan kan ik rustig mooie foto's maken op de beste zonmomenten! Ik loop naar de poort, en stap de duinpan in, met een fantastisch uitzicht op het staalbedrijf, alsof de kunstwerken vol trots zeggen: Daar komen we vandaan! 





Robert Erskine: White Rhythm


Dat klopt ook, want het was het bedrijf Hoogovens, dat in 1999 elf beeldhouwers uit elf landen vroeg om een kunstwerk te maken van staal. Het bedrijf stelde een hal beschikbaar als atelier met alle materialen en gereedschappen. Staalplaat en schroot waren in voldoende mate aanwezig, in alle afmetingen, diktes en vormen. In vier weken tijd waren alle kunstwerken klaar om geëxposeerd te worden. Het zou tijdelijk zijn, in het kader van Wijk aan Zee, Cultureel dorp van Europa 1999 - een titel die het dorp heel slim aan zichzelf had gegeven. Koningin Beatrix, zelf geen onverdienstelijk beeldhouwer, opende de expositie die de naam kreeg Een Zee van Staal. Na een paar jaar bleek de tentoonstelling te boeiend om alles weer weg te halen, en in 1903 kreeg die een permanent karakter. Twee Nederlandse kunstenaars kregen de opdracht tot het maken van nieuwe kunstwerken, die aan de collectie werden toegevoegd. In 2009, toen de expositie 10 jaar bestond, kreeg Een Zee van Staal een echte, en zeer toepasselijke poort. Dit nieuwste object, gemaakt door Rudi van de Windt, werd onthuld in het bijzijn van - weer - Koningin Beatrix. 



Herbert Nouwens: Beeldengroep Corus


Niko de Wit: Zonder titel - Merc.Redondo/Ant.Sampredo: Esperanza - Luc.Dionisi: La casa di mare

Ik loop duin op en duin af, geniet van de fotogenieke objecten, waarvoor nooit een betere plek gevonden had kunnen worden! De zon en de mooie duinplanten completeren het geheel. Aan de Noordpier kom ik vandaag niet meer toe!






Het beeldenpark 'Een Zee van Staal' is te vinden in Wijk aan Zee, na het verlaten van het dorp richting Noordpier (Bosweg, hoek Reijndersweg). Entree gratis. Geen entreegebouw, geen toiletten, geen paden - gewoon duin op/duin af. Niet geschikt voor rolstoelen.


 Informatie: www.eenzeevanstaal.nl - met veel informatie over de beelden


zondag 22 november 2015

Vuurwerkramp Enschede 2000


VUURWERKRAMP ENSCHEDE


ROOMBEEK, 13 MEI 2000


Enschede, 21 oktober 2015




'Waar was je op 13 mei 2000?' 
Typisch een vraag van onze tijd! 
Geen idee eigenlijk. 
'Die vuurwerkramp in Enschede!!!' 
O ja.... en dan weten we het ineens weer. 





Ik stond op die bewuste zaterdagmiddag op een verjaardagsfeest bij vrienden naar de eerste schokkende journaalbeelden te kijken. Enorme zwarte rookwolken kwamen boven de huizen uit, met hier en daar kleurige vuurpijlen er doorheen. De mensen op straat bleven kijken, wijzen, kletsen, fotograferen - nog steeds onbezorgd. Waarom een wegafzetting, waarom achteruit gaan - wat kan er gebeuren! Tot het moment, nota bene acht minuten nadat de brandweer het sein 'brand meester' had gegeven, dat met het geluid van een zwaar bombardement 180.000 kg vuurwerk in een kettingreactie van zware knallen explodeerde! Wat een angst, wat een paniek! 








Al spoedig bleek dat er 23 dodelijke slachtoffers waren (waaronder vier brandweer-lieden), 950 gewonden, en dat in Roombeek een gebied van 42 ha (meer dan 80 voetbalvelden) met 200 huizen volledig was verwoest. 1500 Woningen en 500 bedrij-ven buiten de wijk werden zwaar beschadigd. 1250 mensen waren in een klap dak-loos. Het stadsdeel leek op een oorlogsgebied met rokende puinhopen, uitgebrande autowrakken, en overal puin.....






Roombeek is weer helemaal hersteld van deze ramp. Een mooi staaltje van moderne stadsvernieuwing, tot stand gekomen onder de algehele leiding van stedenbouw-kundige Pi de Bruijn. Flats, eengezinswoningen, villa's, bedrijven, musea, alles ruim opgezet met veel groen. 






Het is oktober 2015. Rijksmuseum Twente ligt aan de rand van het voormalige rampgebied, en is hersteld van de ernstige beschadigingen. We zien er niets meer van als we het museum bezoeken, en niets wijst op de gebeurtenissen van 15 jaar geleden. We volgen onze VVV-kaart de wijk in, en herkennen dan ineens het kruispunt dat even het middelpunt van Nederland was. Niemand mocht verder dan dat punt, en wat er gebeurde zagen we op ons tv-scherm boven de huizen uitkomen. Rookwolken die tot 70 km verderop in Enschede gezien konden worden. Merkwaardig hoe zo'n beeld van een huizenrij je zo bijblijft, en hoe je ook ineens weer betrokken bent met zo'n stukje van het verleden! 





Even later zijn we in 'het' gebied, dat merk je, want alles is hier ineens nieuw, zelfs de bomen zijn niet ouder dan het rampjaar. We wandelen over de nieuwe Museumlaan met zijn prachtige villa's naar Museum Twentse Welle. Op onze stadsplattegrond zien we dat we heel dichtbij een monument voor de slachtoffers van de vuurwerkramp zijn. Het is precies op de plaats waar de grote explosies plaatsvonden in de vuurwerkopslagplaatsen van S.E. Fireworks. Een klein stukje van het fundament van deze opslagplaats is bewaard gebleven. Het feitelijke monument voor de 23 omgekomen slachtoffers staat er bij. De Poolse beeldhouwer Miroslaw Balka (1956) maakte dit monumentje, 'Het verdwenen huis tussen hemel en aarde', met de namen van de omgekomen wijkbewoners. Om even bij stil te staan: Marjolein Schreurs, Jannie de Vries-Moes, Estalita Saddal, Cynthia en Mikey Ransing,........ 





Dan is het tijd om weer verder te gaan, richting het Museum Twentse Welle, en zien dan de 'nieuwe' Roombeek, de beek die de naam gaf aan de wijk, en die een vijverachtige uitstraling heeft gekregen. Op dit stukje van de 'culturele mijl' van Enschede zijn er grote platte natuurstenen in de beek geplaatst, die refereren aan de scherven van de oude wijk. De kinderen spelen naar hartenlust op dit kunstzinnige project! 




Museum Twentse Welle is gevestigd in een punt van een groot oud en verlaten textielcomplex - de afvalpunt waar de poetsdoeken gemaakt werden. dit deel van het complex werd gespaard bij de explosie en de grote brand die daar op volgde, hoewel het heel dicht bij het 'episch centrum' lag. Het vuur van de grote brand is als het ware over het gebouw heen geslagen. Het gebouw is hersteld, en vergroot met een moderne aanbouw.  




Als we na onze museumbezoeken nog even willen 'stadten', zien we in het centrum van Enschede nog een monument ter nagedachtenis aan een grote - zelfs 'grooten' - brand van 1862.
L'histoire se repête - n'est-ce pas?






















zaterdag 19 september 2015

De Ontheemden

De Ontheemden

Een beeld van Albert Stewart 


Gouda, 18 september 2015




Vluchten kan niet meer, 'k zou niet weten waar 
Schuilen alleen nog wel, schuilen bij elkaar
Vluchten kan niet meer
Vluchten kan niet meer 





In het Goudse stadsdeel Vreewijk staat een groot en zwaar ogend bronzen sculptuur in een plantsoen langs de weg. Bijna iedereen gaat er gedachteloos aan voorbij, en de meeste mensen zullen de naam en de betekenis van het beeld niet kennen. Gouwenaars die hier weinig komen, weten meestal niet eens dat het er staat! Toch staat het er al langer dan de gemiddelde leeftijd van de wijkbewoners - en het beeld is actueler dan ooit!






Het is geen vrolijk, heldhaftig, expressief of kleurrijk beeld, geen beeld dus waar je ogen als het ware naar toe getrokken worden - sommige beelden hebben dat gewoon! Het heeft eerder iets beklemmends, iets zwaarmoedigs. Verstild en versteend verdriet, berusting, vermoeidheid en wanhoop.

Als je de wijk inrijdt, zie je alleen een abstracte, gebogen bronzen vorm, zonder herkenningspunten. Als je voor het beeld staat, zie je dat die bronzen vorm een geplooid kleed is, waar twee hoofden en een hand uitsteken. Daar wordt het aanschouwelijk, concreet en heel intiem. Een vrouw legt met gesloten ogen haar hoofd op de schouder van een man. Hij legt teder zijn hand op haar schouder. Ze lijken warmte, steun en bescherming bij elkaar te zoeken.




Het zou zomaar een beeld kunnen zijn dat in de afgelopen weken door een fotograaf ergens in Europa is gemaakt van twee van de honderdduizenden ontheemden die op weg zijn naar onze West-Europese landen. Mensen die vluchten naar veiligheid, voedsel, een slaapplaats, naar vriendelijke en troostende woorden, al worden die in een vreemde taal uitgesproken. Mensen ook, die hartstochtelijk zoeken naar vrijheid, naar een nieuw leven met nieuwe kansen in een nieuwe wereld. Ze hebben er alles uit hun oude, onzekere en onveilige wereld voor in de steek gelaten, en misschien wel hun hele bezit opgeofferd aan nietsschuwende mensenhandelaren. Ze zullen hun vaderland waarschijnlijk nooit terugzien.

Foto: Getty Images/AFP


En nu? Worden ze toch nog afgewezen misschien, na een lange, gevaarlijke en dodelijk vermoeiende vlucht? Tegengehouden door prikkeldraadhekken, mobiele eenheden aan de grenzen, soldaten zelfs? Teruggestuurd? Aan hun lot overgelaten? Is Europa dan toch 'te vol'? Hebben ze onze journaals gezien op hun mobieltjes, hebben ze onze Kamerdebatten gevolgd? Kunnen ze niet voldoen aan al onze verschillende, en steeds veranderende criteria, vastgelegd door bezorgde parlementariërs en raadsleden, die de hete adem van hun potentiële kiezers in de nek voelen?

In die onzekerheid kun je alleen nog maar schuilen bij elkaar, en hopen dat iemand zich jouw lot wil aantrekken. Gelukkig zien we daar ook heel veel van terug in diezelfde journaals en in diezelfde kamerdebatten, en zijn er veel vrijwilligers, die vanuit hun maatschappelijke betrokkenheid of hun geloof deze ontheemde medemensen willen helpen. Het is misschien ook helemaal niet toevallig dat het beeld aan de Dunantsingel staat, genoemd naar Henri Dunant, de oprichter van het Rode Kruis, en winnaar van de Nobelprijs voor de Vrede in 1901! 




Geschiedenis van het beeld







Het beeld is gemaakt door de Amerikaanse beeldhouwer Albert Stewart (1900/1965). Hij gaf zijn kunstwerk de naam 'Displaced Persons' - de Ontheemden. De Nederlandse auteur Adriaan van der Veen ontdekte een kleiner exemplaar van het beeld in de studio van de beeldhouwer, die tevens leraar was aan het Claremont College in Los Angeles. Van der Veen schreef een artikel over het beeld Displaced Persons in de Nieuwe Rotterdamsche Courant. De Goudse burgemeester James las dat artikel, was enthousiast en alert, en wilde het beeld naar zijn stad halen. Uiteindelijk schonk Stewart zijn schepping aan Gouda, en werd het naar ons land verscheept. Op 18 juni 1964 werd 'De Ontheemden' door koningin Juliana onthuld (foto's ANP).




dinsdag 14 april 2015

Een museaal gedicht

Een museaal gedicht


Toegepaste museumkunst


Bij het overlijden van de dichter H.H. ter Balkt op 9 maart 2015


Het zijn van die dingen die niet echt opvallen, maar toch! Ik bedoel die nerveus voorbijlopende tekstregels, die je steeds vaker onder nieuwsuitzendingen ziet. Soms zelfs twee tegelijk, met ook nog verschillende snelheden. Ondertussen gaat het nieuws met  de gebruikelijke ondertitels gewoon door. Als je alles wilt bijhouden moet je multitasken, en door veel te oefenen word je daar steeds beter in. Zeggen ze.

Op 9 maart 2015 spotte ik 'al oefenend' één zo'n zinnetje op mijn beeldscherm: '........de dichter H.H. ter Balkt is vandaag overleden.......'. Een heel werkzaam leven in maar één zinnetje samengevat, denk ik dan, want kennelijk had de redactie van het journaal besloten dat het daar maar bij moest blijven. Hoeveel mensen zouden dat zinnetje voorbij hebben zien rennen? Ik kende de dichter eigenlijk helemaal niet, maar dat ligt natuurlijk aan mij - ik ben niet zo'n gedichtenlezer. Tenslotte heeft de man, Harry voor intimi, vrijwel alle poëzieprijzen gewonnen die er in ons taalgebied te winnen zijn - zoals dJan Campertprijs (1988), de Constantijn Huygensprijs (1998) en de P.C. Hooftprijs in 2003 (ja, ja, ik heb mijn Trouw van die ochtend goed gelezen!). 


Zou 'Habakuk II de Balker' (zijn oude pseudoniem) zijn eigen graftekst hebben gedicht, zoals Gerrit Komrij?
Hier ligt Gerrit Komrij. Ik denk dat ik omrij.

Of de 17e eeuwse dichter Hubert Kornelisz. Poot: 
Hier leyt Poot. Hy is doot. 
Dat laatste schijnt overigens door een collega voor hem geschreven te zijn. Toch leuk.


Ik ben bang dat Ter Balkt niet zo veel had met die kleine puntdichtjes. In 2014 verscheen van hem het lijvige en lovend ontvangen Hee hoor mij ho simultaan op de brandtorens, een bijna 1800 pagina's (!) tellend boek waarin al zijn poëzie werd opgenomen. 

'Achttienhonderd pagina's poëtisch avontuur, stilistische brille, weerbarstige vitaliteit, provocerende stellingname. een monument voor een monumentale dichter' - zei zijn uitgever, en die had het allemaal gelezen. 





Ik had al een klein beginnetje gemaakt met het levenswerk van de dichter, want ik kwam in december een gedicht van hem tegen in Museum Het Valkhof in Nijmegen. Mooi gezicht, zo'n gedicht, dacht ik direct in heldere bewoordingen. Maar die helderheid miste ik als amateur-poëzielezer wel een beetje in de woorden die ik, toen ik naar boven wilde, al kleiner wordend als een zwerm trekvogels  in de herfst ten hemel zag rijzen - ten minste tot de eerste verdieping. 

Ik liep met de woorden mee, en weer terug, want ik begreep ze niet. De trap weer afdalend zag ik mijn woorden even niet - als een boek waarvan de pagina's slechts aan één kant zijn bedrukt - het gaf me tijd voor reflectie. Weer las ik langzaam de treden oplopend de regels van beneden naar boven - achterstevoren dus! Zeg nou zelf, hoe goed zou je die snelle tekstregels op je tv kunnen lezen als ze de andere kant op gingen.... Ik zou niet geweten hebben dat Ter Balkt was overleden. 

Ik paste mijn leesstrategie aan, en liet, achteruit naar beneden lopend, overigens zonder het benodigde glas water, de zinnen in de juiste volgorde tot mij doordringen. En begreep ze nog steeds niet. 

Misschien is dat wel mijn probleem met poëzie lezen, bedacht ik me, en nam teleurgesteld de lift naar boven. 





Na een beetje googelen bleek dat op de traptreden maar drie van de elf strofen van het gedicht zijn weergegeven. Ik was dus eigenlijk bewust in verwarring gebracht. Niet dat ik nu ineens dat 'AHA'-gevoel kreeg. Misschien wilde de architect in zijn dichterlijke creativiteit de trap gewoon van de stilte naar de stilte laten lopen. Misschien was de trap ook gewoon niet hoog genoeg, hoewel ik in de verte, achter de papaver, het speenkruid en de zich achter het raam verdringende regenboven nog lege treden waarde. Het heeft me toch wel wat gedaan!


Het volledige gedicht van ter Balkt, waarvan hij zelf in een interview zegt: 
'...die hymnen zijn een soort liefdesgedichten. Het begon met de natuur. Blijdschap over de wereld, dat is een bron'. 

En nog ben ik er niet uit..... Misschien begrijpt W het?


Zij draagt een glas water de trap op

(voor W.)

Regenbogen verdringen zich voor het raam
Zeeën verdringen zich onder haar voet
Zij draagt een glas water de trap op

In haar glas boeketten papaver, gouden
korenvelden, sterren van het speenkruid;
stuivende avonden en dorpen, als sneeuw

vlokkend in 't glas dat zij de trap opdraagt
Het is de grote trap van de stilte naar
de stilte, het is de eindigende trap

In haar glas: goudzoekers
In haar glas: wintercircussen
Zij draagt dapper haar groot glas water

Luister toe, in haar bermuda driehoek
willen vliegtuigen en snelle schepen
neerstorten en stranden, aan haar glas

willen lippen vastkleven, geesten, drinkend
en roepend ‘Daar is De Zee, De Zee -’
(Vier straatwegen gluren door het sleutelgat)

Zij draagt haar glas water de treden op
't Is water dat als helder licht straalt
Zomerwegen; steden; gebergten in haar glas

De balken van het huis omkaderen haar
Laaiend oud water op zeilschepen zingt
van liefde; zij is de liefde

De trap is van geruchten en breekt bijna,
knapperig als de takjes van de gedachten
maar zij draagt sierlijk haar glas water

(Alle trappen willen naar 't luide vuur,
de huizen willen heimelijk naar de kolk
waar ook schepen en vliegtuigen eindigen)

Zij echter draagt haar glas helder water
Zij draagt haar glas de asvlokkige trap op
en zeeën kabbelen diep onder haar voet

Ter Balkt bij het ontvangen van de P.C. Hooftprijs in 2003